David Joseph Wijnkoop

Wijnkoop, onderste rij, tweede van rechts in een Datsja bij Moskou in 1938.
Wijnkoop, onderste rij, tweede van rechts in een Datsja bij Moskou in 1938.

David Wijnkoop werd in Amsterdam op 11 maart 1876 geboren als oudste zoon van rabbijn Joseph Wijnkoop en Dientje Nijburg in een gezin met vier kinderen. Het gezin woonde aan de Plantage Kerklaan. David kon goed leren, ging eerst naar de openbare Hendrik Westerschool aan het Weesperplein en kwam daarna op het Barlaeus Gymnasium waar hij vanwege zijn Joodse achtergrond geen lid mocht worden van de schoolvereniging Disciplina Vitae Scipio. Na het Barlaeus studeerde hij letteren aan de Gemeentelijke Universiteit tot 14 april 1899; hij maakte de studie niet af vanwege zijn activiteiten voor de SDAP, waar hij zich in 1899 bij aansloot. Rond die tijd legde hij zijn geloof af en werd openlijk atheïst.

De sociale activiteiten waardoor hij zijn studie niet voltooide waren doorgaans voor de SDAP en voor Ferdinand Domela Nieuwenhuis. Wijnkoop kon zich in 1909 niet meer met deze partij verenigen en stapte met Jan Cornelis Ceton uit de partij om de SDP op te richten, de Sociaal-Democratische Partij. Uit deze partij ontstond de Communistische Partij Holland en Wijnkoop was in de jaren rond de Eerste Wereldoorlog leider van de communisten.
Enkele jaren eerder, op 7 augustus 1907, trouwde Wijnkoop met Emma Josephine Hess (Amsterdam, 10 februari 1884 – Auschwitz, 22 mei 1944) waarvan hij scheidde op 12 september 1910. Twee jaar later, op 27 juni 1912, trouwde hij met Johanna van Rees (Zwolle, 21 juni 1882 – Amsterdam, 19 september 1967) en kreeg met haar een zoon, Jan Jozef.
Wijnkoop was een politicus die van zich liet spreken. Hij interpelleerde over tal van zaken en op Prinsjesdag 1932 verstoorde hij met fractiegenoot De Visser de orde in de Ridderzaal door na het uitspreken van de Troonrede te gaan schreeuwen, wat “weggepoetst” werd door de andere Kamerleden door luidkeels het Wilhelmus te gaan zingen. In 1934 herhaalde Wijnkoop dit, maar werd toen hardhandig uit de Ridderzaal verwijderd.
In het begin van de oorlog woonde Wijnkoop met zijn gezin op het Pretoriusplein 3-3. Al in de zomer van 1940 moest Wijnkoop in onderduik omdat de Duitsers zeer geïnteresseerd waren in deze vooraanstaande communist én Jood, en zat in de onderduik onder de naam De Vries. Hij overleefde de oorlog niet, hij overleed in Amsterdam op 7 mei 1941 aan een hartaanval.

Terzijde: De Communistische Partij Holland werd later de Communistische Partij Nederland (CPN) en ging in 1991 op in Groen Links.

 

bron:
wikipedia ,
iisg,
jhm.
johanne van Rees, Stadsarchief Amsterdam, Archiefkaarten, archiefnummer 30238, inventarisnummer 1747.
David Wijnkoop, Stadsarchief Amsterdam, Archiefkaarten, archiefnummer 30238, inventarisnummer 953.

gepubliceerd:
4 mei 2016

laatst bijgewerkt:
17 december 2022