Angelique Franco

Salomon Frank en Hester van Gelder waren tot juni 1912 het directeursechtpaar van het Portugees – Israëlietisch Jongensweeshuis Megadle Jethomiem aan de Amstel 21 / Zwanenburgerstraat 20 in Amsterdam. Ze werden opgevolgd door Angelique Franco (Tiel, – Amsterdam, ) die deze functie tot haar pensionering bekleedde.

Angelique was een dochter van koopman David Franco (Utrecht, 16 januari 1826 – Tilburg, 13 september 1907) en Klara Carolina van Wijhe (Zwolle, 19 mei 1829 – Tilburg, 23 oktober 1920). Ze had een oudere zus Regina (Tiel, 8 november 1865 – Tilburg, 8 mei 1913) en een oude broer Isaac (Tiel, 1868 – Bilthoven, 28 juni 1930). Angelique kwam in 1906 naar vanuit Tilburg naar Amsterdam en werkte toen als verpleegster in het Nederlands-Israëlietisch Oude Mannen, Vrouwen en Ziekenhuis en woonde op de Nieuwe Kerkstraat 135. In 1910 werd ze directrice van het Joods jongensweeshuis én dat was toen ook een reorganisatie van het weeshuis.

Op 10 november 1910 werd Angelique als directrice geïnstalleerd. Daarover deed Het Nieuw Israëlietisch Weekblad verslag, en daarin was onder meer te lezen: ‘Mejuffrouw A. Franco, benoemd tot directrice van het Nederlandsch Israelitisch Jongensweeshuis alhier, werd donderdagavond in tegenwoordigheid van Regentessen en Regenten, onderwijzend personeel, ambtenaren en verpleegden van ’t gesticht als zoodanig geïnstalleerd. Na door den Vader, den heer S. Frank, en den boekhouder, den heer A. G. Lissauer, de feestelijk verlichte conversatiezaal te zijn binnengeleid, werd ze allereerst door den voorzitter van het College van Regenten, den heer G. Gompen, toegesproken. Hij riep haar het welkom toe in het Gesticht, een der oudste weldadigheids-inrichtingen in onze Joodsche gemeente. De eischen aan verpleging en opvoeding gesteld zijn langzamerhand zóó gestegen, dat het noodig bleek in het huishoudelijk bestuur eene ingrijpende verandering te brengen. Sedert 1837, het stichtingsjaar van Megadlé Jethomim, stonden steeds een vader en eene moeder aan het hoofd. De werkzaamheden van deze functionarissen zijn echter in de laatste jaren zóó toegenomen, dat onmogelijk meer op hun schouders gelegd kon worden, reden waarom tot het benoemen van eene directrice besloten werd.

Medewerking van alle ambtenaren, hoogere en lagere zal daarbij noodig zgn. Vader en moeder beloofden gaarne naar hunne beste krachten te zullen medewerken, het onderwijzend personeel zal zeer zeker eveneens alles doen, om eene goede verstandhouding te bevorderen. Van het grootste belang zal de verhouding tot de verpleegden zijn. Het ideaal van het gesticht is, den kinderen eene vergoeding te geven voor het gemis van een eigen huis. Regenten hopen dat hun dat zooveel mogelijk verschaft zal worden. Al dienen orde en tucht gehandhaafd te blijven, een tactvolle omgang kan het vertrouwen en de liefde der verpleegden doen winnen. De opvoeding geschiedt op streng orthodoxen grondslag, het is dus een eerste vereischte, dat de godsdienstplichten stipt worden nagekomen. Beschaving en godsdienst moeten en kunnen samengaan.

Regenten koesteren de hoop, dat mejuffrouw Franco tot aller tevredenheid zal werkzaam zijn; de ondervinding door haar in andere inrichtingen opgedaan, zijn hun een waarborg, dat zij in staat zal zgn ook hier ten goede te leiden. Moge, zoo besluit Gompen, uw intrede in dit buis tot zegen zijn, dan zult ge zeker zegen verspreiden. Ik verklaar u als directrice van het Nederlandsch Israëlietisch Jongensweeshuis „Megadlé Jethomim” geïnstalleerd’.

Er kwam een verandering in de organisatie van het weeshuis. De leiding was in eerste instantie in handen van een ‘vader en een moeder’, het takenpakket werd alsmaar groter en nu Angelique Franco aangesteld in de positie van directeur. Angelique vertegenwoordigde het weeshuis bij tal van gebeurtenissen, zoals de huldiging bij het afscheid van arts Mozes Henriques Pimentel. Ook komt ze steeds terug als een van de deelnemers aan jaarvergaderingen van de Bernard Samuel Riesstichting, een organisatie met als doel ‘het aandenken aan wijlen den heer Bernard Samuel Ries bij verpleegden en oud-verpleegden van Megadlé Jethomin reeds levendig te houden’.

Angelique Franco haalde zelfs de krant toen ze op 4 maart 1931 op het Professor Tulpplein door een auto werd aangereden en haar been brak. Haar positie was dusdanig in Amsterdam dat de niet-Joodse krant De Standaard en De Gooi- en Eemlander er aandacht aan besteedde.

Angelique Franco  vroeg per 1 januari 1934 ontslag aan. Zuster Saartje Hamburger werd per 15 november 1933 benoemd tot directrice.
Op 14 januari 1934 nam Angelique Franco afscheid. Het Algemeen Handelsblad berichtte: ‘Zondagavond is in een bijeenkomst van Regenten, Regentessen, verpleegden, oud-verpleegden en personeel’ van het Nederlands Israëlietisch Jongensweeshuis officieel afscheid genomen van mejuffrouw A. Franco ais directrice van die inrichting. In verschillende toespraken tot haar gericht, bracht men mejuffrouw Franco hulde voor de hooge opvatting, die zij steeds, bij het vervullen van haar taak aan den dag legde.
De voorzitter de heer J. M. Lob, de secretaris de heer Ph. Coppenhagen, de heeren S. E. Gompen, A. van Amerongen, M. de Bruin, oud-verpleegden enz. voerden het woord.Namens de familie dankte dr. D. M. Levy (Maastricht) alsook de afgetreden directrice voor de medewerking die zij van Regenten en Regentessen en van het personeel mocht ondervinden. Tal van geschenken legden getuigenis af van de waardeering die men koesterde voor de toewijding, die mejuffrouw Franco altijd bij haar werk betoond heeft.

Angelique was gepensioneerd en woonde vanaf 1934 in ‘Het Nieuwe Huis’ op het Roelof Hartplein. In 1939 verhuisde ze naar het verzorgingshuis Beth Shalom op de Plantage Middenlaan. De overlijdensdatum van 15 mei 1940 was geen toeval, Angelique was een van de mensen die na de capitulatie van Nederland zelfmoord pleegde. Ze werd begraven op de Joodse begraafplaats in Muiderberg. Op 1 september 1940 werd haar matseiwah geplaats.

 

 

bron:
Stadsarchief Amsterdam, Bijzondere registers, archiefnummer 5000, inventarisnummer 2541.
Stadsarchief Amsterdam, Bijzondere registers, archiefnummer 5000, inventarisnummer 2542.
A. Franco, Stadsarchief Amsterdam, Gezinskaarten, archiefnummer 5422, inventarisnummer 411.
Angelique Franco, Stadsarchief Amsterdam, Archiefkaarten, archiefnummer 30238, inventarisnummer 245.
Eene Installatie in het Ned. Isr. Jongensweeshuis. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 11-11-1910, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 05-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010859302:mpeg21:p005.
ONDER EEN AUTO.. “De standaard”. Amsterdam, 05-03-1931. Geraadpleegd op Delpher op 06-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB23:001880056:mpeg21:p00002.
NED. ISR. JONGENSWEESHUIS. Benoeming Directrice.. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 04-10-1933, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 06-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010874866:mpeg21:p001.
AFSCHEID MEJ. A. FRANCO. “Algemeen Handelsblad”. Amsterdam, 16-01-1934, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 06-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010662162:mpeg21:p006.
PLAATSING GEDENKSTEEN. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 30-08-1940, p. 7. Geraadpleegd op Delpher op 06-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858247:mpeg21:p007.
Met dank aan M. Smith (email 7 oktober 2023).

illustratie:
ONDER EEN AUTO.. “De standaard”. Amsterdam, 05-03-1931. Geraadpleegd op Delpher op 06-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB23:001880056:mpeg21:p00002.
PLAATSING GEDENKSTEEN. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 30-08-1940, p. 7. Geraadpleegd op Delpher op 06-10-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858247:mpeg21:p007.

gepubliceerd:
6 oktober 2023

laatst bijgewerkt:
8 oktober 2023