Gerrit, Kaatje en Jim Kleerekoper

copyright Monica Kaltenschnee
copyright Monica Kaltenschnee

In 2001 ontdekte fotohistoricus Simon B. Kool bij het samenstellen van een tentoonstelling over 125 jaar Noordzeekanaal in het Gemeentearchief Amsterdam schitterende havenfoto’s van een zekere Annemie Wolff-Koller. Bij navraag bleek er weinig over deze fotografe bekend te zijn. Na enig speurwerk kwam hij op het spoor van de erfgename van Annemie, Monica Kaltenschnee.

Zij bleek in het bezit van een tienduizenden negatieven en van oude afdrukken, documenten, boeken en camera’s. Bovendien had zij Annemie Wolff zeer goed gekend en tot haar overlijden in 1994 verzorgd. Behalve van de fotografe Annemie Wolff-Koller was er ook een nalatenschap van Helmuth Wolff, architect en fotograaf, overleden op 15 mei 1940, die een grote belangstelling gehad had voor de technische kanten van de fotografie. In 2008 deed Simon een kistje open, waarin 100 fotorolletjes bleken te zitten. Er hoorde een kasboek bij met de namen en adressen van Annemie’s klanten die zich in haar studio aan huis hadden laten fotograferen.

Vanaf 2011 zijn Tamara Becker en An Huitzing, in nauwe samenwerking met Monica Kaltenschnee en Simon Kool op zoek naar de mensen die op deze foto’s staan, Het gaat om circa 400 mensen van wie er circa 200 Joods zijn. Van deze 200 hebben er zo’n 100 de oorlog overleefd. Geprobeerd wordt met hen (de jongsten zijn in 2013 70 geworden) en met nabestaanden van alle mensen op de foto’s contact te leggen om voor zover mogelijk het verhaal achter de foto te ontdekken. Dit is detectivewerk, maar dankzij internet en sites als Joods Amsterdam bijvoorbeeld, lukt dat aardig.

Vooral als hele families zijn uitgemoord, is het bijzonder moeilijk om nog iemand te vinden die mensen kan identificeren. Er zijn steeds meer mensen generaties van na de oorlog, of degenen die kind waren in de oorlog, alsnog bezig om hun geschiedenis te achterhalen. Zij koesteren enkele familiefoto’s uit een tijd dat mensen niet veel op de foto gingen en van families die alles kwijt zijn geraakt.

In het kasboek van Annemie Wolff staan bij fotorolletje 16 met foto’s die genomen zijn in februari 1943 twee namen, namelijk Kleerekooper, Beethovenstraat 49 en Brechner, D. Willinkplein 26. En er zijn foto’s van een keurig gekleed echtpaar en van een vrouw met een dochter in circa tienerleeftijd.

Kleerekoper is in elk geval niet op dat adres te vinden. Op Beethovenstraat 49 is een kapper gevestigd en er boven zijn woningen (nu een hotel). Een mogelijkheid zou kunnen zijn dat de man en vrouw op de foto Gerrit Kleerekoper, geboren 15 februari 1897 in Amsterdam en dat de vrouw Kaatje Kleerekoper-Ossedrijver is, geboren 28 augustus 1895 te Amsterdam. Zij woonden Rivierenlaan 94-1 en later Transvaalstraat 136huis. Zij hadden een zoon Leendert, geboren in 1923 en een dochter Elisabeth (Elly) geboren in 1928. Ook dit hele gezin is omgekomen. Gerrit Kleerekoper was diamantslijper maar werd gymnastiekleraar en was bij de Olympische Spelen van 1928 coach van de winnende damesturnploeg.

Een nichtje van Gerrit in de VS denkt dat dit niet haar oom Gerrit is, maar zij baseert zich op foto’s van rond 1930. Wij zouden graag willen weten of iemand Gerrit en Kaatje Kleerekoper herkent of dat er iemand is die denkt dat dit andere mensen zijn en zo ja, wie dan?

Het verhaal is inmiddels ontrafeld.
Gerrit Kleerekoper werd in Amsterdam geboren op 15 november 1897 als zoon van Samuel Kleerekoper en Elisabeth Mozes Reens. Gerrit had verschillende beroepen; caféhouder, kelner, bode, diamantslijper en laatste beroep was hij bedrijfsleider van een kapsalon.
Hij was getrouwd met Rachel Vischjager, geboren op 13 september 1896 in Amsterdam. Gerrit en Rachel zijn getrouwd op 24 september 1919. Rachel was toen dameskapster.
Voor 1938 woont het echtpaar een tijd in Blankenberghe, België en dan komen ze terug naar Amsterdam en gaan op de Hoendiepstraat wonen. In 1939 verhuizen ze naar Hilversum en vanaf december 1939 komen ze terug naar de Rivierenbuurt en gaan wonen op Reitdiepstraat 12-III.

Gerrit en Rachel hebben één kind, hun zoon Samuel Jacob Kleerekoper, geboren in Amsterdam op 12 december 1919. Hij is verkoper van zijden stoffen, kleersnijder, maar ook zanger en werd als zanger Jim Kleerekoper genoemd. Jim en Esther – die bij zijn ouders inwoonde –  zijn op al op 30 december 1942 in Westerbork terecht gekomen.
Gerrit en Rachel werden naar Sobibor gedeporteerd en werden daar bij aankomst, op 28 mei 1943, vermoord. Het is aannemelijk dat hun zoon ook in dit transport zat en bij aankomst werd geselecteerd voor een naburig werkkamp. Dat gebeurde zelden, maar de jonge en sterke Jim kwam in een naburig kamp terecht.

kleerekoperjimLublin
Jim kwam in het werkkamp Alter Flugplatz terecht bij Lublin in Polen. Dit kamp lag bij Majdanek. Het kamp was in juli en augustus 1940 gebouwd op het vroegere vliegveld van Lublin door dwangarbeiders, de Joden uit Lublin.
In dit kamp werden de geroofde bezittingen gesorteerd van de slachtoffers van de kampen Belzec, Sobibor, Treblinka en Majdanek. De bezittingen werden per trein aangevoerd, opgeslagen in de grote hangars uit de tijd van het vliegveld, en dan gesorteerd, gedesinfecteerd, verpakt en naar Duitsland of het front gezonden. De desinfectie, onder andere van bontmantels, gebeurde in vier gaskamers met behulp van Zyklon B. Later werden deze gaskamers gebruikt voor het vergassen van gevangenen.

Verschillende Duitse bedrijven hebben hier een vestiging gehad. Begin 1941 werden de werkplaatsen overgenomen door DAW (Deutsch Ausrüstungswerke), een SS-onderneming. In de zomer van 1941 kwam hier de SS Bekleidungswerke bij en in maart 1943 OSTI (Ostindustrie GmbH).

Op 3 november 1943 werd het werkkamp “Alter Flugplatz” gesloten in het kader van Aktion Erntefest (oogstfeest). De gevangen die er toen nog waren werden naar Majdanek overgebracht en daar vermoord. In het kader van deze actie werden vrijwel alle Joden in Lublin en omgeving doodgeschoten, in Lublin 18.400, in Poniatowa 18.000 en in Trawniki 6.000 mensen.

Jim in Lublin
Jim Kleerekoper werd zanger. Hij stond aan het begin van carrière, hij was 20 jaar toen de oorlog uitbrak, dus veel sporen van zijn werk als zanger zijn niet te vinden. Maar hij was een goede zanger, in de oorlog zong hij, ondanks zijn verzwakte toestand, in het kamp Alter Flugplatz voor zijn medegevangenen en – gedwongen – voor de Duitsers. Daardoor kreeg hij wel eens iets extra’s te eten. Vanwege zijn zingen was Jim in het gehele kamp onder de gevangenen bekend.
Jim schreef een brief aan de familie Been in Amsterdam. Deze brief is in het Duits gesteld en verliet het kamp niet zonder controle door de censuur. Hij schreef:

Liebe allen und special Muti und Vati, es geht mir ausgezeichnet gut. Hoffentlich geht es ihnen auch gut. Uns Arbeitlager ist sehr gut, ebenso das Essen. Jeder Woche haben wir Feiertag, und singe ich für alle Frauen und Männer die hier im Lager arbeiten. Mein Verlangen nach ihnen ist grosz.

Ich küsse ihnen jeden Nacht im Gedanken und sei überzeugt dass ich immer meinen Liebe Eltern gedenken.
Hiermit endyg ich mit vielen Kuessen für meinen Eltern und vielen Gruessen von ihren geliebten Sohn

Jim Kleerekoper

Jim schreef deze brief op 15 juni 1943. Nog geen twee weken later, op de 26e juni, ontbraken Jim en een Poolse Jood bij het appel na het werk. Hun afwezigheid werd opgemerkt en ze werden opgespoord. Ze werden gevonden, ze lagen na het zware werk uit te rusten achter een wagon met textiel, maar ze werden verdacht van een vluchtpoging. Op vluchten stond de doodstraf.
De volgende dag werd in het mannenkamp een groot appel gehouden, waarbij ook de vrouwelijke gevangenen aanwezig moesten zijn.
In aanwezigheid van de opgestelde gevangenen moesten Jim en zijn medegevangene zelf hun galg bouwen en hun graf graven. Vervolgens werden beiden opgehangen. De gevangenen werden gedwongen hiernaar te kijken.

Jim werd vermoord op 27 juni 1943.

verder:
Gerrit Kleerekoper is niet de Gerrit Kleerekoper die coach was van de turners tijdens de Olympische Spelen in Amsterdam.

De bovenstaande foto werd gemaakt door Annemie Wolff en het adres van Gerrit Kleerekoper in het kasboek van Annemie Wolff was Beethovenstraat 49. Daar woonde hij niet, maar daar was de kapsalon gevestigd, Maison Dresden. Gerrit en Rachel hebben daar het laatste half jaar van hun tijd in Amsterdam gewerkt nadat de eerste eigenaar van de kapsalon was opgepakt.

 

 

bron:
stadsarchief amsterdam, gezinskaart Gerrit Kleerekoper
www.deathcamps.org, lemma Alter Flugplatz (bezocht 3 april 2015)
Schelvis, Jules, vernietigingskamp Sobibor, Amsterdam 2008, 144
www.sobiborinterviews.nl, lemma sophia huisman (geraadpleegd 3 april 2015)
www.joodsmonument.nl, lemma Gerrit Kleerekoper (bezocht 3 april 2015)

illustraties
foto vader en moeder: Annemie Wolff, copyright Monica Kaltenschnee
foto Jim, collectie Joods Historisch Museum.
Met dank aan An Huitzing;

gepubliceerd:
27 april 2016

laatst bijgewerkt:
23 oktober 2023