In 1939 was er op de Plantage Muidergracht 135 een tentoonstelling van het werk van Lea H. Halpern (Mikuliczyn, Oostenrijk-Hongarije, 8 september 1899 – Salford (Greater Manchester), 6 november 1985), dochter van koopman Samuel Halpern (1862) en Rosa Margulies (1876). Het Centraal Blad voor Israëlieten in Nederland wijdde er een artikel aan.
‘Lea H. Halpern, Een Joodsche pottenbakster van beteekenis.
Evenals de literaire kunst is ook de beeldende kunst zeer gevarieerd en uitgebreid. Het nabootsen van de natuur met kleur en lijn geschiedde reeds duizenden jaren terug. Hoewel van die alleroudste pottenbakkers weinig bekend is, beschikt men toch over schitterende collecties Oost-Aziatische, Perzische, Assyrische, Egyptische en Grieksche pottenbakkerskunst, schoon van lijn en wonderbaarlijk van kleur. Voor kenners duiden ze bepaalde tijdperken aan of een glazuurvariatie.
Ook de zeer consciëntieus werkende Joodsche kunstenares Lea H. Halpern nam van deze kunstuitingen grondig notitie, bestudeerde ze en wist sommige van deze verfijnde coloristische composities terug te vinden of op heel artistieke manier te benaderen. Wij zien sommige van haar zeer geschakeerde modellen uitgevoerd in die heerlijke teinten, die wij het beste kunnen aanduiden met de namen van de Oostersche gecompliceerde glazuren als hazenvel, sang de boeuf, celadion en turkoois. Wat zij daarin bereikt is een lust voor het meest geoefende oog! Ik hoop, dat de Amsterdamsche kunstliefhebbers niet zullen verzuimen dit nobele, eerlijke werk te gaan zien. Wij behoeven toch niet altijd achteraan te komen! Reeds is het buitenland ons voor geweest.
Eenige jaren geleden bij een tentoonstelling van Plastische Kunsten te Parijs, won de joodsche kunstenares Lea H. Halpern uit veertien landen voor Holland de prijs! Voorwaar een schitterend resultaat waarop ik gaarne de aandacht vestig. Toch liet Holland zich niet onbetuigd. Wijlen H. M. Koningin Emma en H. K. H. Prinses Juliana deden onze geloofsgenoote de eer aan om werk van haar te koopen. Het Haagsche Museum, dat ook kan bogen op eenige prachtige vitrines van haar aanvankelijken leermeester, den genialen pottenbakker Bert Nienhuis, bezit van deze jonge kunstenares een collectie van zeven stuks. Maar nog meer welverdiende lof valt van Lea Halpern te vermelden. Ook in de Musea te Amsterdam, Dordrecht, Utrecht, Delft en Leeuwarden kan men werk van haar vinden. Haar succes te Londen, enigen tijd terug, was bijzonder opmerkelijk. Het Victoria Albert Museum aldaar kocht eenige plastieken van haar aan. Haar opvatting is een zuiver artistieke. Juist daarom maakt zij een gewetenszaak van de techniek. Het moeilijke ambacht van het pottenbakken volkomen en grondig te beheerschen is, voor haar de hoogste en allereerste voorwaarde om op dit gebied juist iets persoonlijks te bereiken. Zonder naar grilligheid of exorbitante uitgroeisels te streven, zoekt ze naar de bijzondere, individueele lijn, een creatieve vormgeving en een evenzo persoonlijke kleurcombinatie. Dat haar dit nog niet altijd lukt, valt bij een jonge artiste niet te verwonderen. Ik zag eenige kleine modellen, die stellig iets te algemeens hadden. Maar overwegend weet zij het conventioneele te vermijden, en schenkt zij ons een ; fijnzinnig uitgedacht spel van kleur en lijn. Haar forsch uitgevoerd aardewerk (een pui, groote vazen) herinnert aan de natuur, aan de ruige aarde zelf, hetgeen altijd een kenmerk is van goede ceramiek. Het bakken van de klei, het vuurproces is een kunstvaardig en technisch probleem op zichzelf, dat jaren van ingespannen werk, beheersching en, technische vaardigheid vereischt. Haar oerkleuren ontvouwen iets van het geologische en chemische proces, dat aan deze merkwaardige kunst ten grondslag ligt. Ik vraag aandacht voor deze bijzondere werkster. Voor haar beschaafd uitgevoerd craquelés, haar fantastische borden, haar vazen edel van vormgeving in zachtgroen en lichtgrijs en voor haar geestvolle figuur- en dierplastiekjes.
Een dergelijke, met zorg gekozen collectie van deze bijzondere en te weinig beoefende kunst, vindt men slechts zelden. De werkelijke kunstliefhebbers onder U moeten zich dit uitzonderlijk genot niet laten voorbijgaan. Wij, voor ons deel, zullen den naam en het werk van de joodsche pottenbakster Lea H. Halpern niet meer vergeten.
M. K.’
Lea was de oudste van zes kinderen van het Joodse gezin in de Oekraïne, toen een onderdeel van het Oostenrijk-Hongaarse Rijk. In 1909 verhuisden ze naar Leipzig, in 1912 naar Berlijn en in mei 1917 naar Amsterdam. Ze woonden vier jaar in voor ze in 1921 een zelfstandige woonruimte vonden. Vader en moeder werden in 1929 genaturaliseerd tot Nederlander en zij emigreerden in 1934 naar Palestina. Lea bleef hier en werd in 1936 Nederlander.
In 1939 ontving Lea Halpern een uitnodiging van de Netherlands-America Foundation. Er werd gevraagd om in februari 1940 een tentoonstelling in te richten ter gelegenheid van de opening van het Holland House in het Rockefeller Center in New York. Lea vertrok met kisten vol keramiek op 22 november 1939 met het S.S. Rotterdam van de Holland-Amerika Lijn naar New York. Ze zou op 15 mei 1940 terugreizen, maar door de Duitse inval in Nederland ging dat niet. Ze had een aardig bedrag in contanten meegenomen en werd haar werk ook in de Verenigde Staten goed verkocht. Door zuinig te leven kon zij het financieel uithouden.
Lea Halpern ontmoette de klassieke zanger Lincoln Newfield met wie ze in februari 1941 trouwde. Ze bleef in de Verenigde Staten ondanks dat haar loopbaan daar moeizaam verliep. In 1974 mocht ze een tentoonstelling in Leeuwarden en Haarlem inrichten. Deze tentoonstelling werd in 1976 overgenomen door het Baltimore Museum of Art, en vlak voor de opening overleed haar man
Lea stopte met haar werk en ging naar Groot-Brittannië, om dochter bij haar broer te zijn. Daar overleed ze op 6 november 1985 en werd begraven in Israël.
Tot 1939 woonde Lea op de Plantage Franschelaan 25hs, en vlak voor haar vertrek een korte tijd op de Plantage Badlaan 15hs.
bron:
“TENTOONSTELLING VAN CERAMIEK”. “Centraal blad voor Israëlieten in Nederland”. Amsterdam, 1939/06/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 21-11-2020, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB19:000577017:mpeg21:p00007
Stadsarchief Amsterdam, Lea Henie Halpern, Archiefkaarten, archiefnummer 30238, inventarisnummer 307
Christien Smits, Halpern, Lea Henie, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Halpern [05/01/2018]
“XPOSITIES”. “NRC Handelsblad”. Rotterdam, 1974/10/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-11-2020, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031406:mpeg21:p021
illustratie:
“TENTOONSTELLING VAN CERAMIEK”. “Centraal blad voor Israëlieten in Nederland”. Amsterdam, 1939/06/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 21-11-2020, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB19:000577017:mpeg21:p00007
“XPOSITIES”. “NRC Handelsblad”. Rotterdam, 1974/10/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-11-2020, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031406:mpeg21:p021
laatst bijgewerkt:
21 november 2020